|
|
DE
NEWFOUNDLANDER
De
Newfoundlander behoort in de kynologie tot de groep van Molossers. In
deze groep is hij zeker niet het bekendste ras, denken we maar aan bv.
de St.-Bernard die door iedereen gekend is. Daarentegen onderscheidt de
Newfoundlander zich van zijn collega's door zijn opmerkelijk uiterlijk
en karakter.
Het is een machtige en massieve hond, een langharig en zwaargebouwd dier
dat echter in staat is zich opmerkelijk vlot te bewegen. De vachtkleur
is meestal zwart, doch bruin en wit-zwart zijn geen uitzondering. Zijn
karakter heeft veel weg van goud : eerlijk, trouw en waardevast. Hij mag
dan flink uit de kluiten gewassen zijn, deze wollige hond is een groot
kindervriend, een betrouwbare beschermer en zwemmen is zijn passie.
In het water voelt deze grote seigneur zich in zijn element. Het zal
niemand dan ook verbazen wanneer hier wordt genoteerd dat dit ras
zwemvliezen tussen zijn tenen heeft. Ook zijn zachte dikke vacht is
uniek en bestaat uit twee lagen : Een "geoliede" bovenvacht
die het water afstoot, en een donzige ondervacht als isolatie.
Over de afkomst van dit ras bestaan de meest uiteenlopende verhalen.
Sommige bronnen verklaren dat deze honden door de Vikingers naar
Noord-Amerika werden gebracht, anderen zeggen dan weer dat de Franse
ontdekkingsreizigers deze honden meenamen, en nog een andere versie is
dat deze honden voortkwamen uit de honden van de Indianen en de
Eskimo's. Vast staat dat de Engelsen de Newfoundlander meebrachten van
hun handelsreizen vanuit Noord-Amerika naar Europa.
De honden trokken bemande vissersbootjes door de branding, sleepten
visnetten uit het water, trokken karren en sjouwden lastpakken. Hij
boogt op een noeste jeugd van hero�sche arbeid.
|
|
|